PTSD 

 

Door het werk van mijn vader, maar ook door eigen ervaringen werd ik al jong met existentiële problemen geconfronteerd. Het gevolg was dat ik rond 1963 een idee had op welke wijze mensen in psychische nood konden raken.
Ik wilde daar op de kweekschool een paper schrijven, maar mijn leraar vond dat onzin, volgens hem konden mensen geen restverschijnselen van de oorlog overhouden. Na de oorlog kregen ze weer genoeg te eten en dan kregen ze ook weer genoeg fosfor in hun hersenen.
Hij wees me er fijntjes op dat ik niets van psychologie afwist. Toch bleef ik me met dat idee bemoeien.
Ongeveer twee jaar later deed ik een nieuwe poging. Ik wilde het onderwerp bij mijn hoofdacte examen aan de orde stellen. Mijn toenmalige docent Nederlands was gruppelaar die mijn gedachtegang interessant vond, maar me waarschuwde voor problemen die ik op het examen zou kunnen krijgen. Hoe zou de gecommiteerde op dit wel erg vage verhaal van mij reageren.
Die gecommiteerde was P. Meier, een bekend publicist. Het was een uitermate boeiend examen, waarbij we allerlei facetten met elkaar bespraken. De beoordeling was hoog.
In 1975 lukte het me om mijn theorie op papier te zetten. Dat was voor een scriptie voor filosofische antropologie, mo-b. Ik bood het met een zekere schroom aan mijn docent Huybregtse, die echter bijzonder enthousiast was.

 

van niemandsland tot vaderland febr 2008
PDF – 263,8 KB 47 downloads

Op zijn verzoek heb ik het ook aan prof. Dr. J. Bastiaans gestuurd, met wie ik daarna een plezierig contact bleef houden.
Het Nederlandse Tijdschrift voor Geneeskunde heeft een artikel met mijn theorie in hun themanummer over het voormalig Nederlands-Indië opgenomen, wat uniek was, aangezien ik geen arts ben, noch psycholoog.

 

ned tijdschrift geneeskunde 1985
PDF – 738,2 KB 55 downloads